Onlangs liep de geplande fusie met KVV Losser spaak en besloten de leden van AJC’96 op eigen kracht verder te gaan. Het eerste elftal wordt komend seizoen ingeschreven voor de zaterdagcompetitie. In 1996 kozen de leden van Prinses Juliana (PJ) en TAR wel voor een samengaan tot AJC’96, maar die fusie was uit historisch perspectief een stuk logischer. Beide clubs komen namelijk voort uit dezelfde schoot, het in 1920 opgerichte Be Quick.
Be Quick werd Losser, dat werd Prinses Juliana, dat werd Losschersche Boys en uiteindelijk weer Prinses Juliana. Tussendoor scheidde een deel van de club zich af als Achilles, dat werd Losschersche Boys, keerde terug bij de moederclub, scheidde zich nog weer eens af als Achilles en dat werd TAR. Wie alle ontwikkelingen in het neutrale Losserse voetbal chronologisch op een rijtje zet, wordt er al snel tureluurs van. Laat je alle ballast weg, dan zie je twee hoofdlijnen.
“Moederclub” Prinses Juliana wordt in 1920 opgericht als tegenhanger van de verschillende katholieke clubs die Losser kende. Hoewel die zuil in het dorp duidelijk het grootste is, gaat het katholieke voetbal in Losser tot de oprichting van KVV Losser in 1930 mank aan een goede organisatie. Daarom is PJ de eerste club die het langer volhoudt dan een paar jaar. De leden van het bescheiden clubje Achilles sluiten zich ook aan bij PJ, maar blijken toch wat hechtingsangst te hebben. Nadat ze in 1922 al eens kortstondig het hazenpad kiezen en op eigen benen verder gaan, scheidden ze zich in 1926 opnieuw af, nu onder de naam TAR (Tot Achilles’ Roem). Geen Achilles, omdat die naam inmiddels al iets te vaak voorkomt in voetballand. Vanaf het eind van de jaren dertig streeft TAR de moederclub stilaan voorbij en speelt het geruime tijd in de 3e klasse. Midden in de oorlogsjaren (1944) mist het zelfs op een haartje promotie naar de 2e klasse.
PJ bereikt de 3e klasse slechts één keer, in 1990, en dat avontuur is na één seizoen ook alweer gedaan. In de jaren negentig wordt langzaam duidelijk dat drie clubs in Losser wat teveel van het goede is. Zowel TAR als PJ hebben nog maar net iets meer dan tweehonderd leden. Ook toen al zijn er pogingen gedaan de drie clubs te laten samensmelten. Voor deze grote fusie houdt TAR de boot af, maar een samengaan met de club waarmee het van oudsher sterk vervlochten is, komt er wel. AJC’96 (Achilles Juliana Combinatie) is geboren.
Ruim twintig jaar later is er sprake van een bijna identieke situatie. KVV Losser groeit zowel in kwalitatief als kwantitatief opzicht en AJC’96 krijgt het steeds moeilijker. Opnieuw komt het echter niet tot een fusie met de oranjezwarten. AJC’96 gaat het proberen in het zaterdagvoetbal en daarmee heeft het in ieder geval een unique selling point in Oost Twente, waar de voetbalzondag over het geheel genomen nog altijd heilig is.
Fusie met KVV? Dat is als vloeken in de kerk….